Eric en Yves op de gordel
Ingevoegd door Eric op dinsdag 5 september 2006 om 11:41
Ingevoegd door Eric op dinsdag 5 september 2006 om 11:41
Dit was mijn eerste foto in de krant. Zij dateert van 20 september 1972 toen ik als student (met bril) in Brussel op de Heyzelpiste juichend (links) achter Miel Puttemans liep die pas zijn wereldrecord had gevestigd op de 5.000 meter (13’13’’). Het was een schitterende atletiekavond op de Heyzel want naast Miel Puttemans liepen ook Gaston Roelants (20 km en het uurrecord) en Willy Polleunis (10 miles) wereldrecords. Alle aanwezigen zijn deze atletieknocturne(toen al mede georganiseerd door Wilfried Meert) nooit vergeten.
Het is op dit elan dat na de dood van Ivo Van Damme op 16 augustus 1977 opnieuw een grote atletiekmeeting in Brussel op de Heyzel plaatsgreep.Sindsdien is de Memorial uitgegroeid tot één van de grootste atletiekevenementen van het jaar. Sebastian Coe, Carl Lewis, Marleen Ottey, Michael Johnson, Sergeï Bubka: allen vinden de Memorial zelfs de beste en meest sfeervolle meeting.
Zelf heb ik er bijna geen enkele gemist. Ik was met mijn vader, broer en zusters op de eerste Memorial toen vader Van Damme Olympisch kampioen John Walker omhelsde (die Ivo had geklopt op de 1500 meter) en een jaar later toen Alberto Juantorena hetzelfde gebaar stelde. De historische duels tussen Dwight Stones en Jacek Wszola in het hoogspringen, het cadansapplaus voor Willie Banks in het hinkstapspringen, de sprongen van Sergeï Bubka en Carl Lewis, de onvergetelijke looptred van Michael Johnson, Edwin Mozes en Marleen Ottey. Ze blijven op uw netvlies.
Ook vergeet ik nooit de vreugde van organisator Wilfried Meert en Gaston Roelants toen in die magische nacht van 1997 twee wereldrecords (op 5.000 en 10.000 meter) werden gebroken door Paul Tergat en Daniël Komen. De spankracht van een Memorialavond is elk jaar opnieuw een belevenis. Ook Viviane en Heidi willen dit niet missen.Dit jaar zijn we er opnieuw bij.
De historische avond van 11 augustus 2006 in Götegorg met Kim Gevaert en Tia Hellebaut deed mij terugdenken aan die nacht van september 1972.De Belgische atletiek beleeft na 34 jaar opnieuw gloriedagen.In al die jaren is Wilfried Meert erin blijven geloven.Zijn Memorial is het sportevenement in België met de grootste internationale uitstraling.Als Kim en Tia aan de Europese top staan is het ook mede zijn werk. Op 30 jaar Memorial mag hij op het podium voor een gouden medaille.
Vrijdag zou ik met Heidi ook nog eens willen overdoen wat ik deed met Miel Puttemans op de piste in die nacht van 1972.Maar nu met Kim en Tia .Wat kan de sport mooi zijn.En de dopingzomer 2006 van Gatlin en M.Jones heeft ons geloof in de schoonheid en de mythe van de atletieksport niet kunnen aantasten.De Memorial wordt opnieuw een feest!
Ingevoegd door Eric op donderdag 24 augustus 2006 om 9:08
Zondag vieren we 25 jaar Gordel. Wie de eerste familiegordeltjes meereed, kon nooit verwachten dat intussen al 1.540.640 Vlamingen hebben deelgenomen aan dit unieke evenement.
Als volksvertegenwoordiger van de Vlaamse Rand was ik erbij vanaf het begin. In 1983 kon ik er zelfs één van mijn jeugddromen realiseren: fietsen met “keizer” Rik Van Looy (zie foto)!
Telken jare is het een vaste afspraak met mijn broer Herman en de CD&V-vrienden aan het Gordelcentrum in Sint-Genesius-Rode voor de 100 km. Het blijft steeds een unieke belevenis van vriendschap en solidariteit met onze regio.
De Gordel is uitgegroeid tot een volksfeest en een mediagebeuren maar de kern blijft een politieke boodschap: het behoud van het Vlaamse karakter van de Rand en meer specifiek van de Zes. De eerste jaren was Puck Algoet, burgemeester van Sint-Genesius-Rode, het politieke boegbeeld. Ze was de enige overgebleven Vlaamse burgemeester (tot 1988) in de zes faciliteitengemeenten rond Brussel. Ze voerde een resolute en radicale Vlaamse politiek. De Gordel was een verwijzing naar de “Gordel van smaragd” rond Brussel zoals geformuleerd door minister Frans Van Mechelen. Hij verwees hiermee naar Max Havelaars “Multatuli”: “in dit prachtige rijk van Insulinde dat zich daar slingert om de evenaar, als een gordel van smaragd”. Dit citaat doelde op de groene gordel rond Brussel.
Bij de start van de Gordel in 1981 leefden nog sterk de naweeën als reactie op het Egmontpakt dat voorzag in inschrijvingsrechten voor franstaligen en een uitbreiding van de faciliteiten. Vandaag blijft de boodschap actueel.
Bij de jongste discussies over de splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde bleek dat een aantal Vlaamse politici bereid waren de lessen van 25 jaar Gordel te negeren en zelfs in te gaan op de onbespreekbaar geachte eisen van de franstaligen. Zo lag de uitbreiding van Brussel en het toekennen van inschrijvingsrechten en bijkomende faciliteiten (op het vlak van onderwijs en cultuur) op de onderhandelingstafel. Wie hield de Gordelaars hier voor de gek?
Zondag nemen Eerste minister Verhofstadt en minister Dewael (wellicht) opnieuw de start van de Gordel in Zaventem maar met welke geloofwaardigheid? Ik ben ervan overtuigd dat de Gordelaars deze hypocriete houding niet nemen. Verhofstadt en Dewael blijven er dan ook best weg.
Wie ook best niet teveel verklaringen aflegt, is minister Bert Anciaux. Zijn voorstel om de Gordel dwars door Brussel te trekken, wijst op een totaal onbegrip van het Gordelgebeuren. De Gordel heeft juist als enige bedoeling een dam te werpen tegen de verbrusseling van de Vlaamse Rand. De fietsroutes zijn precies uitgestippeld rondom Brussel om dit te bevestigen. Wanneer deze manifestatie zelf zou verbrusselen, verliest ze haar betekenis. De stichters van de Gordel (o.m. André Lerminiaux) hebben de “flodder” van Anciaux dan ook reeds afgewezen. Meer dan ooit moet de Gordel zich concentreren op het Vlaamse karakter van de Rand en meer bepaald van de Zes.
Zoals het succes van de katholieke Wereldjongerendagen volgens sommige media niets met het geloof of de paus te maken heeft maar eerder met het samen-leven en de hype om erbij te zijn, probeert men de Gordel ook te ontdoen van zijn politieke inslag en te herleiden tot een sportief familiegebeuren. Het succes heeft daar natuurlijk mee te maken maar wie de Gordel al die jaren heeft meegemaakt, weet dat de deelnemers ook zeer goed op de hoogte zijn van wat aan de basis ligt van het Gordelgebeuren. Men onderschat best de Vlaamse reflex niet.
De Vlaamse politiek moet beseffen (ondanks alle zgn. opiniepeilingen) dat de woordbreuk inzake BHV haar geloofwaardigheid, ook in andere dossiers, zwaar heeft aangetast. Nieuwe beloftes (zoals op de IJzerbedevaart) gelooft niemand nog. Ik reed vorig jaar De Gordel met het zwart-gele truitje “Splits Brussel-Halle-Vilvoorde nu!!”. Ik heb het bewaard maar of ik het zondag nog zal dragen, weet ik niet. Ik heb er nochtans mijn best voor gedaan, maar in de politiek en in de ogen van de politieke opinie is dit onvoldoende. Beloftes maken schuld. Dat is het abc van de politiek. En de Gordel verliest op termijn zijn betekenis zonder de splitsing van BHV. De inzet van 25 jaar Gordel staat op het spel. Want op een gebroken woord kan men geen 100.000 gordelaars blijven sensibiliseren. Want dan wordt het een feest van de onmacht. En daar zijn Vlaamse manifestaties als het Zangfeest en de IJzerbedevaart aan ten onder gegaan. De kracht van de Gordel moet zijn positieve boodschap blijven. Daarom zullen we er zondag opnieuw bij zijn.
PS. Rendez-vous om 08u00 aan de kerk in Sint-Genesius-Rode. Start rond 08u30. Aankomst van 100 km voorzien rondom 14u00. Herman en Eric Van Rompuy, burgemeester Michel Doomst en minister Kris Peeters zijn van de partij.
Ingevoegd door Eric op vrijdag 2 september 2005 om 15:02
Toen ik in 1983 als CVP-Jongerenvoorzitter naar de IJzerbedevaart ging, was dat nieuws. Jos Bouveroux, de toenmalige verslaggever van de BRT-radio, vermeldde het uitdrukkelijk in zijn bericht over de Bedevaart. De CVP was in de jaren ’60 en ’70 (de gloriejaren van de Volksunie) geleidelijk aan weggebleven van de IJzervlakte en was er omwille van haar “makke” Vlaamse houding ook niet langer gewenst.
Dat veranderde met het Egmontpakt (1977-1978). Het leidde tot aanvaringen tussen het IJzerbedevaartcomité en de toenmalige Volksunie van Hugo Schiltz. Ook op de weide in Diksmuide kwam die verdeeldheid scherp tot uiting. Het was uiteindelijk de CVP van Tindemans die het Egmontpakt kelderde. Hierdoor ontstond er bij sommige nationalisten veel sympathie voor de Vlaamse vleugel binnen de CVP.
In deze context nodigde Karel De Meulemeester van VTB-VAB mij uit om als CVP’er deel te nemen aan de IJzerbedevaart van 1983. Ik herinner mij nog dat de toenmalige voorzitter van het Davidsfonds Clem De Ridder en priester-dichter Anton van Wilderode bijzonder blij waren met mijn komst. Ik zag er een middel in om het Vlaamse imago van de CVP te versterken en de Vlaamse standpunten binnen de CVP te radicaliseren. Het leverde me electoraal geen windeieren op want in 1984 haalde ik bij de Europese verkiezingen meer dan 80.000 voorkeurstemmen. Achteraf vertrouwde Gerolf Annemans (toen redacteur van ‘t Pallieterke) mij toe dat heel wat van zijn Vlaams-nationalistische vrienden voor mij hadden gestemd (hij insinueerde dit ook zelf te hebben gedaan).
Na 1983 zijn heel wat CVP-parlementsleden en ministers (Vandenbrande, Coens, Kelchtermans) naar Diksmuide afgezakt. In 1985 (zie foto) waren zelfs Herman Van Rompuy en Johan Van Hecke (twee latere CVP-voorzitters) aanwezig.
De radicaal Vlaamse toespraken van de voorzitters (Lionel Vandenberghe in 1992: “Laten we scheiden”) kwamen soms hard aan voor de toenmalige CVP-machthebbers maar waren niet ingegeven door partijpolitieke motieven.
Met de komst van het Vlaams Blok is de sfeer op de weide helemaal veranderd. Het Blok wou van de IJzerbedevaart een manifestatie maken tegen de traditionele Vlaamse partijen en een instrument om het eigen separatistische gelijk te bevestigen. Het hatelijke gefluit en geroep “België barst” op de weide tijdens de toespraken van Lionel Vandenberghe was dodelijk voor de sfeer op de IJzervlakte. Met deze houding heeft het Vlaams Belang de IJzerbedevaart een fatale slag toegebracht en velen hebben dan ook afgehaakt.
Ikzelf ben er tot 2002 nog vaak aanwezig geweest maar steeds meer met gemengde gevoelens. Ik deed het nog uit respect voor Lionel Vandenberghe die moedig en consequent weerstand bood aan de chantage van het Vlaams Blok.
Wel viel op dan Vandenberghe met de komst van paars in 1999 op Vlaams vlak bijzonder mild was voor de nieuwe regeringen. Dat hij in 2003 totaal onverwacht vanuit zijn voorzitterschap van het IJzerbedevaartcomité deelnam aan de verkiezingen en overstapte naar een mandaat van senator voor sp.a-spirit heeft de geloofwaardigheid van het (reeds wankele) IJzerbedevaartcomité totaal ondermijnd. Ook Vandenberghe heeft recht op een politiek engagement en ik respecteer zijn keuze maar hoe geloofwaardig waren zijn Vlaamse en vredestoespraken als hij in 2003 instemde met de regionalisering van de wapenhandel en een federaal regeerakkoord goedkeurde waar op geen enkele punt uitvoering werd gegeven aan de 5 resoluties van het Vlaams Parlement van 1999.
Samen met Luc Vandenbrande en Yves Leterme besloten we dan ook in augustus 2003 niet deel te nemen aan de IJzerbedevaart.
De opvolger van Vandenberghe, Walter Baeten, lukt er niet in de Vlaamse geloofwaardigheid te herstellen. Hij slaagde er tijdens de BHV-crisis zelfs in te pleiten voor inschrijvingsrechten voor franstaligen in de Vlaamse Rand!
De partijpolitiek (en in de eerste plaats het Vlaams Belang) heeft de IJzerbedevaart kapot gemaakt. De IJzerwake, één week voor de Bedevaart, maakt van de weide eerder een plaats van haat dan van vrede.
Om zondag als alibi te dienen voor de Vlaamsgezindheid van spirit bedank ik. Bert Anciaux mag me dat (weer) niet kwalijk nemen maar wat is er van de Vlaamse eisen (resoluties van het Vlaams Parlement, splitsing BHV) terechtgekomen? Geert Lambert en Stijn Bex zeggen het dezer dagen duidelijk: de Vlaamse eisen zijn voor hen als links-liberale partij geen gevecht meer waard.
Ook voor CD&V-N-VA nadert het uur van de waarheid. In 2007 zal er een institutionele doorbraak moeten komen als voorwaarde voor een (eventuele) federale regeringsdeelname. De huidige Pilatushouding zoals met BHV en de staatshervorming zal dan niet langer geloofwaardig zijn. CD&V heeft het confederalisme in haar programma opgenomen en zal dit moeten waarmaken, zoniet verliest de V in haar naam elke betekenis. Voor dit engagement heb ik de “eed van trouw” van Diksmuide niet meer nodig.
Ik zal er dan ook zondag niet bij zijn. Ik was er wel in augustus toen we fietsten van De Panne naar Diksmuide. Op de weide heb ik aan mijn dochter Heidi gesproken over Flanders Fields en uitgelegd wat er met de frontsoldaten is gebeurd en waarvoor de IJzertoren is opgericht. Ik heb haar niet verteld over wat er de jongste tien jaar in Diksmuide is gebeurd. Hopelijk zal ze de positieve boodschap van “Nooit meer oorlog” en Godsvrede” onthouden want dat blijft de kern van de IJzertoren. En laten we de politieke strijd voor meer Vlaams zelfbestuur voeren op de enige plaats waar hij thuishoort, nl. in de (democratische) parlementen. De IJzervlakte is nu genoeg onteerd!
Ingevoegd door Eric op vrijdag 26 augustus 2005 om 14:59
Dit was mijn eerste foto in de krant. Zij dateert van 20 september 1972 toen ik als student (met bril) in Brussel op de Heyzelpiste juichend (links) achter Miel Puttemans liep die pas zijn wereldrecord had gevestigd op de 5.000 meter (13’13’’). Het was een schitterende atletiekavond op de Heyzel want naast Miel Puttemans liepen ook Gaston Roelants (20 km en het uurrecord) en Willy Polleunis (10 miles) wereldrecords. Alle aanwezigen zijn deze atletieknocturne nooit vergeten.
Het is op dit elan dat na de dood van Ivo Van Damme op 16 augustus 1977 opnieuw een grote atletiekmeeting in Brussel op de Heyzel werd georganiseerd. Sindsdien is de Memorial uitgegroeid tot één van de grootste atletiekevenementen van het jaar. Sebastian Coe, Carl Lewis, Marleen Ottey, Michael Johnson, Sergeï Bubka: allen vinden de Memorial zelfs de beste en meest sfeervolle meeting.
Zelf heb ik er bijna geen enkele gemist. Ik was met mijn vader, broer en zusters op de eerste Memorial toen vader Van Damme Olympisch kampioen John Walker omhelsde (die Ivo had geklopt op de 1500 meter) en een jaar later toen Alberto Juantorena hetzelfde gebaar stelde. De historische duels tussen Dwight Stones en Jacek Wszola in het hoogspringen, het cadansapplaus voor Willie Banks in het hinkstapspringen, de sprongen van Sergeï Bubka en Carl Lewis, de onvergetelijke looptred van Michael Johnson, Edwin Mozes en Marleen Ottey. Ze blijven op uw netvlies.
Ook vergeet ik nooit de vreugde van organisator Wilfried Meert en Gaston Roelants toen in die magische nacht van 1997 twee wereldrecords (op 5.000 en 10.000 meter) werden gebroken door Paul Tergat en Daniël Komen. De spankracht van een Memorialavond is elk jaar opnieuw een belevenis. Ook Viviane en Heidi willen dit niet missen.
In tegenstelling met 1972 komen de Belgen nog nauwelijks in het stuk voor maar deze evolutie was onvermijdelijk door de mondialisering en professionalisering van de atletiek sinds de jaren tachtig. Ik geloof niet in de maakbaarheid van topatleten door een topsportbeleid. Dit is nodig maar topsporters zullen steeds een mix zijn van tradities, uitzonderlijk talent, karakter en goede begeleiding door toptrainers zoals Prof. Mon Vanden Eynde dat was voor het Daring Leuven van Roelants, Puttemans en Van Damme. Politici (en Bert Anciaux moet zich weer niet geviseerd voelen) moeten geen verwachtingen creëren dat België in 2012 met meerdere atleten zal deelnemen aan atletiekfinales op de Spelen. Als we opnieuw op een Kim Gevaert kunnen rekenen, mogen we al heel blij zijn.
Toch zal ik met heimwee terugdenken aan die gouden zomer 1972 voor de Belgische sport. Eddy Merckx won toen de Ronde van Frankrijk, Miel Puttemans en Karel Lismont wonnen zilver op de Olympische spelen, België werd (o.l.v. Raymond Goethals) derde op het Europese voetbalkampioenschap (ook op de Heyzel), Miel Puttemans liep een wereldrecord en in oktober vestigde Eddy Merckx het werelduurrecord.
Van een sportbeleid was in 1972 geen sprake. Gaston Eyskens was Eerste minister maar ik heb hem nooit zien poseren met Merckx, Van Himst of Roelants. Van de toenmalige minister van Cultuur en Sport Frans Van Mechelen is mij alleen het petje bijgebleven dat hij droeg toen Herman Van Springel een grote Tourprestatie had geleverd. Lomme Driessens, Raymond Goethals en Mon Vanden Eynde: ze hadden geen boodschap aan kabinetsnota’s over topsportbeleid maar waren monumenten in hun sport.
Zo ook Wilfried Meert. Zonder hem was de Memorial nooit uitgegroeid tot wat hij vandaag is. Meert is bezeten door atletiek en vrijdag zullen we weer kunnen genieten van zijn uitzonderlijke evenement. We hopen dat Bekele in het Koning Boudewijnstadium opnieuw doet wat Puttemans deed in 1972: een wereldrecord vestigen. Wat zou ik graag opnieuw op de piste meelopen en juichen!!
Ingevoegd door Eric op donderdag 25 augustus 2005 om 14:59